Hier, op de hoek
Klarendalseweg en Atjehstraat is menig zweetdruppeltje
gevallen. Elke jonge Klarendaller is in dit pand, ongetwijfeld, wel binnen geweest. Daarmee bedoel ik niet bij John de Groenteman, die ook in dit pand gevestigd is geweest, maar bij de Fam. Schunk, die er een florerende ijssalon hebben gehad. Voorin de ijssalon was het ijsbuffet opgesteld, met enige tafels en stoelen, waar de bezoekers hun ijsje of overheerlijke sorbets, konden nuttigen. Niets aan de hand, hoor ik U zeggen, dat is normaal voor een ijssalon. Maar in het achterste gedeelte van de zaak, en daar gaat het over, stond een biljard opgesteld. Zover ik me kan herinneren, niet zo'n heel goed lopend biljard, en dan bedoel ik niet aan klandizie, maar het rondlopen van de ballen, wat iedere biljarter wel zal begrijpen. Om het biljartspel enigszins onder de knie te krijgen, was dit een ideaal oord, omdat de mogelijkheid toentertijd nog niet bestond, om het spel in een café te leren. Hoogstwaarschijnlijk waren de kasteleins en terecht, veel zuiniger op hun biljard. |