In de
beginjaren vijftig van de vorige eeuw, TV had toen
bijna niemand, was het gebruikelijk dat vele voetballiefhebbers
zich op
Zondagavond naar de stad begaven. In de Nieuwstad, in de etalage
van de
winkel
van "Ome" Joop Legerstee, kon je de voetbaluitslagen van alle
Arnhemse
verenigingen vinden. Van AVW tot VDZ, en van Arnhemse Boys tot
Vitesse,
een ieder
kon vinden wat hij zocht. Vanzelfsprekend werd er niet alleen
gekeken,
maar er werd
ook stevig nagekaart over de gespeelde wedstrijden. Vaak werden
er
verhitte gesprekken gevoerd, maar
het bleef altijd gezellig.
Op één van die avonden ging een gesprek, vanzelfsprekend
in
plat Arnhems, over de Arnhemse
Boys, die
kennelijk verloren hadden. Bij de Boys liep toen een speler
genaamd
Niks en een ander
die Arts heette.
Op een bepaald moment kwam er een man naar de etalage toe en
iemand vroeg hem:
"Bin je nog weze kieke?" "Ja." "Hoe was het?" "Nou" was het
antwoord "schei maar uut, Erts was niks en Niks was klote"