Mijn voorvaderen zijn omstreeks 1650 in Arnhem neergestreken op het huidige AKZO-terrein.
Uniek is dat ze in houten Spaanse wagens zijn gaan wonen. Ze hebben dit ongeveer 300 jaar volgehouden. In die wagens lagen nog sabels uit de Spaanse inquisitie. De nazaten zijn in Klarendal en Plattenburg gaan wonen en later ook nog in andere volksbuurten.Het zijn Gitanes, ze leefden zeer traditioneel, ze haalden voedsel uit de natuur, zetten strikken in het bos en stalen groente bij de boer.
Ze hanteerden nog hun eigen wetten zoals de kris - uitvloeisel van de leispralos.
Mijn opa,
Dirk Willem Hendriks ventte langs de deur, hij had zijn
eigen handeltje, hij had een krijtstreepjes broek aan en een
hoed op en er werd dan altijd gezegd:" daar is die zigeuner
weer".
Ook was hij kristinoor, hoofd van een raad. Dit was
rond 1920, mensen losten zelf hun sociale problemen en
gschillen op.
Onze familie zit volgens de oude tradities in elkaar, het is een stam-matrarchiaat (volksadel).
In Arnhem zeggen ze:"ho, los en ajuus" Dit ajuus is een verbastering van adios. Mijn oma en mijn moeder gebruikten nog wel eens wat Spaanse woorden en Romani. Zigeuners zijn nomaden en komen oorspronkelijk uit India. Ze stammen af van de Hindoes. Onderling kennen ze ook stammen net als de Indianen; b.v. Kalderas, Gitanen, Tovari, Sinti, enz.Onze familie is helaas opgepakt in de tweede wereldoorlog. Het is een oud Arnhems geslacht; bij ons thuis spraken ze altijd over oude Arnhemse wortels!! Er werd altijd gezegd; stamgasten zijn geen gasten!
E.e.a. kan je herleiden aan de hand van het feit dat er veel in lompen en metalen werd gehandeld. Ook woonden er veel koperslagers in Arnhem.
R.F.
Hendriks
Oost-peterstraat 27
6822 AD Arnhem
------------------------------------------------------------------------------------
Dit is een
reactie op hetgeen R.F. Hendriks verhaalt over nageslacht van
spanjaarden in Klarendal.
Ik ben zelf geboren in de Hovenierstraat en heb tot ca. mijn
veertiende in Klarendal gewoond. Wat (wijlen) mijn vader het
"echte" Klarendal noemde ken ik alleen uit zijn verhalen.
Desondanks ken ik zeer goed de geschiedenis van het Klarendal
van voor 1960. De geschiedenis over de spanjaarden in
Klarendal was mij echter volledig onbekend, maar sluit perfect
aan op de personage in een van de verhalen die mijn vader mij
keer op keer vertelde.
Het betreft hier Chris Holtzendorf (exacte spelling is mij
onbekend) die voor, tijdens en na WO2 mijn vader's buurman
was. Ouwe Chris stond bekend als een zeer bekwaam stroper en
was beroemd en berucht vanwege de sluwe maar vooral
onorthodoxe manieren waarmee hij de veldwachterij ontliep. Nu
het treffende: als Chris vertelde over zeldzaam oog-in-oog met
een speurder, zei hij letterlijk: "Ik trok m'n koutje en ...".
En mijn vader lichtte dan toe dat hij met "koutje" een mes
bedoelde. Natuurlijk is "koutje" de verbastering van het
Spaanse woord voor mes, 'cuchillo' (spreek uit koetsji-o).
Wat mij nog het meest verbaast is de tijdspanne van bijna 300
jaar(!!!) die dit en ongetwijfeld andere woorden "overleefd"
hebben.
Vincent Verhaar